Bicarbonaat
Zuiveringszout of bicarbonaat wordt door de mens voor vele doeleinden wordt ingezet. Zo kan je het gebruiken als rijsmiddel, ontsmetten van wondjes, productie van sodawater, maar ook ter bestrijding van brandend maagzuur of een opgeblazen gevoel werkt het.
Waarom is bicarbonaat nu zo belangrijk voor het kalf.
Het kalf is een herkauwer. Dit maakt dat hij een heel ingewikkeld systeem van zuren en basen in zijn lichaam heeft. Om te beginnen hoort de pens van een kalf niet te zuur te zijn. De natuurlijke voeding van een kalf bestaat uit een goed evenwicht van energie en structuur. Verwerking hiervan geeft over het algemeen een normale pens pH (zuurtegraad). Om een kalf optimaal te laten functioneren, voegen we krachtvoer toe aan zijn rantsoen (in vorm van mais, brokken of bijproducten). Dit krachtvoer wordt in de pens omgezet in vluchtige vetzuren . Deze zuren worden door de pens papillen opgenomen in het bloed en gebruikt als energie.
Herkauwen heeft bij een kalf 2 functies. Naast mechanische verkleining van de voedselbrok wordt hierbij speeksel geproduceerd. Speeksels bevat enzymen om het voedsel te verteren, maar ook bicarbonaat. Door goed te herkauwen (mengen) zal de pens verzuring worden tegen gegaan.
Van de pens naar de lebmaag, moet de inhoud van het maagdarmkanaal veel zuurder worden. Dit gebeurd door in de boekmaag bicarbonaat op te nemen en in de lebmaag maagzuur toe te voegen. Van de lebmaag naar de darm moet het proces weer de andere kant uit. Door de pancreas wordt weer bicarbonaat toegevoegd, waardoor de dunne darm inhoud weer basisch wordt. Aan het eind van de dikke darm, wordt de bicarbonaat weer terug opgenomen.
Als dit systeem goed werkt, zal het bloed van het kalf een stabiele zuurtegraad(pH) hebben. Nu kennen we allemaal het probleem van een verzuurd kalf (sloom, dor haarkleed, geen zuigreflex, wallen onder de ogen, zwalkende gang, dunne mest). Zo’n kalf heeft te weinig bicarbonaat in zijn bloed.
Wat gaat er mis?
Bij onevenwichtig rantsoen, rantsoenwisseling en onregelmatig voeren of een tekort aan / slecht ontwikkelde pens papillen, maar ook bij pensvervuiling (zie nieuwsbrief pensdrinken) kan er een pensverzuring ontstaan. Het kalf zal proberen deze verzuring te compenseren door meer speeksel te produceren, maar hiermee onttrekt hij bicarbonaat uit zijn bloed waardoor het bloed kan verzuren. Ook wordt door de verzuurde de pens water aangetrokken, waardoor het kalf relatief uitdroogt.
Het probleem van pensverzuring kan tijdelijk ondervangen worden door ondersteunend extra bicarbonaat of een andere buffer aan het rantsoen toe te voegen. Extra structuur is hier essentieel. Uiteindelijk moet de oorzaak achterhaald worden, om het probleem definitief op te lossen. Als we niet oppassen komt het kalf in een vicieuze cirkel terecht en zal hij slechtere vertering krijgen.
Ter compensatie van zijn bloedverzuring kan het kalf sneller gaan ademen (uitwassen CO2). Dit is een fysiologisch proces en heeft niets met longontsteking te maken.