Nieuwsbrief Maart 2019: Blauwtong en knutten
Blauwtong en knutten
In December 2018 is er in Duitsland voor het eerst sinds 2009 een geval van Blauwtong serotype 8 bij het rund gevonden. Het aantal haarden is begin van dit jaar gestegen en zijn 4 deelstaten in Duitsland als risicogebieden aangewezen. Nederland is nog altijd vrij van Blauwtong. Gezien de recente gevallen in Duitsland leek het ons verstandig om de ziekte blauwtong onder de aandacht te brengen evenals de transmissie van het virus tussen dieren en de rol van knutten in dit geheel.
Blauwtong serotype 8
De ziekte blauwtong wordt veroorzaakt door een virus. Dit virus wordt verspreidt door de knut (=een kleine mug). Het virus nestelt zich in de bloedvaten, na een steek van een besmette knut. Door de nesteling in de bloedvaten ontstaat er schade in de bloedvaten en raakt de bloedvoorziening in bepaalde delen van het lichaam verstoord.
Blauwtong kan zich uiten door:
-Slechts een enkel ziek dier. Dit dier heeft langere tijd koorts, waarbij de koorts niet boven de 40 graden uitkomt. Blauwtong is vaak niet dodelijk, aangetaste kalveren eten vaak wel slecht en vertonen vaak schuimvorming op de bek.
– Ontsteking van de neusspiegel en de kalveren hebben vaak een stinkende neusuitvloeiing.
– Traanvorming kan optreden en de tranen zijn hierbij eerst waterig en worden na verloop van tijd etterig.
– Zwelling (oedeem) aan de onderpoten en de klauwrand kan ontsteken
Aangezien naast de besmette kalveren (dragers van het virus) ook de knutten een belangrijke rol hebben in de verspreiding en de buitentemperatuur nu stijgende is, willen we nader ingaan op de knut. Wat is de knut en hoe gedraagt hij zich?
De knut
De knut behoort tot de muggen. De knut wordt net als de steekmuggen, dans- en vedermuggen in Nederland door mensen als hinderlijk ervaren. Ze hebben echter ook een belangrijke rol in het ecosysteem, door hun massale optreden vormen zij stapelvoedsel voor bepaalde soorten vissen, amfibieën en vogels. Wereldwijd komen er 4000 soorten knutten voor, waarvan 700 soorten in Nederland zijn waargenomen.
Behalve het overdragen van ziekten kan de knut ook direct invloed hebben op het welzijn en de gezondheid van kalveren. Kalveren kunnen er last van hebben (onrustig door het steken en hierdoor verminderde groei) en de knutten kunnen schade veroorzaken, denk hierbij aan leerschade (steken en schuren).
De knut is zeer klein (slechts 1 mm groot), dus moeilijk waarneembaar met het blote oog. Hij vliegt vanwege zijn grootte niet graag in winderige omgevingen, maar kan door de wind zich wel snel en ver verspreiden.
De vrouwelijke knutten hebben iedere 3-5 dagen een bloedmaaltijd van gewervelde dieren nodig voor hun eierproductie en eierontwikkeling. In hun leven voeden ze zich met 3 of meer bloedmaaltijden. Ze leven 20 tot wel 90 dagen. Om een bloedmaaltijd te nuttigen hebben vrouwelijke knutten bijtende monddelen. De plaatsen waar kalveren het vaakst worden gebeten zijn de onderkant van de buik en de poten (dit is wel afhankelijk van de soort knut). De volwassen knutten zijn, als groepen, vooral in de schemer actief (zowel in de ochtend als in de avond) en kunnen zich vaak ook goed in stallen ophouden.
In de zomer duurt de ontwikkeling van larve tot volwassen knut een aantal weken. Larve kunnen goed overwinteren in beschermde omgevingen als stallen en ontwikkelen zich weer wanneer het warmer wordt. Als je kijkt naar jaargetijden zie je in het voorjaar en in het najaar een piek in het aantal aanwezige knutten.
De eitjes worden gelegd in vochtige omgevingen, waar veel organisch materiaal aanwezig is, zoals bij mest. De ontwikkeling van ei tot volwassen beslaat 19-23 dagen tot wel 7 maanden als ze overwinteren.
Vanuit het ei ontwikkelt zich een larve en na 4 x verpoppen ontstaat een nieuwe volwassen knut. De larvale stadia kunnen goed overwinteren.
Bestrijding
Om knutten goed te bestrijden in de stal (evenals andere muggen en vliegen) kan gebruik gemaakt worden van een insecten groei regulator (madendood). Om het goed te bestrijden dient men hier tijdig mee te starten.
Behalve bestrijding van maden dient hygiëne goed in acht genomen te worden zowel in de stal als in de omgeving van de stal.
Behalve insecten groei regulatoren werken de vliegenbestrijdingsmiddelen voor in de stal ook tegen de knutten.
Mochten deze maatregelen goed en correct uitgevoerd zijn en dit onvoldoende effect hebben, dan kan men overwegen om de dieren over de rug te behandelen met een middel tegen vliegen en muggen.
Bronnen: GD; DGZ; www.butox-info.com; ministerie van verkeer en waterstaat ; edepot;Braverman, Y., Control of biting midges Culicioides (diptera ceratopogonidae), vectors of bluetongue and inducers of sweet itch;a review, isr. j. vet. med.,vol 45, no2 ,1989