F2447789-3359-49C8-BA40-E2C2EB8B5592

Nieuwsbrief oktober 2007: Urinedrinkers

Af en toe nemen we ondanks de toename van het welzijnsniveau op kalverstallen urinedrinkers waar. Dit wordt beschouwd als ongewenst gedrag vanwege het ontstaan van achterblijvers en de onrust in de hokken. Het gedrag wordt vooral waargenomen net na en voor de melkvoeding en meer bij kalveren die zonder speen drinken dan kalveren die via een speen drinken.
De stimulus om te zuigen wordt versterkt door de inname van melk. Door de inname van melk wordt de slokdarmsleufreflex gestimuleerd, wat op zijn beurt het zuigen stimuleert. Dit leidt tot een positieve terugkoppeling. In de natuur is het namelijk van belang dat het kalf het uier van de koe helemaal leegzuigt, zodat er voldoende melk geproduceerd kan worden en de koe minder kans loopt op een uierontsteking. Echter kalveren die uit een emmer moeten drinken kunnen niet aan hun zuigbehoefte voldoen en gaan daardoor aan zichzelf of aan andere kalveren zuigen. De meeste plekken waar gezogen wordt zijn de neus, oren,scrotum,navel en penis. Als er aan de penis gezogen wordt kan er urine vrijkomen, waardoor het zuigen wordt bevorderd. Hierdoor ontstaan de echte urinedrinkers. Andere factoren die een predisponerende rol spelen bij het ontstaan van urinedrinkers zijn: een niet optimaal klimaat, slechte sortering en het rantsoen.

De urine komt vervolgens in de pens, wat leidt tot een verandering in het pensmilieu. Deze verandering in het pensmilieu (o.a.verzuring) leidt tot een verandering in de microbiële flora en een afwijkende vertering. Hierdoor verloopt de pensvertering niet meer ideaal en zullen de kalveren achterblijven ten opzichte van hun leeftijdgenoten. Enkele kalveren komen in een vicieuze cirkel terecht en drinken uiteindelijk geen melk meer.

Hoe kan urine drinken verminderd/voorkomen worden:

Management: Klimaat, rantsoen en sorteren optimaliseren en de kalveren tot een minimale leeftijd van 4 weken individueel huisvesten in eenlingenboxen.

Separatie: Kalveren die het gedrag vertonen individueel huisvesten. Dit voorkomt het gedrag, echter niet de behoefte

Neusringen: Kalveren die urine drinken kunnen voorzien worden van een neusring. Echter hiervoor geldt hetzelfde als voor separatie. Het voorkomt het gedrag, echter niet de behoefte.

Voeding: Enkele aanpassingen in het voer die de behoefte van urine drinken kunnen terugdringen zijn: meer gram melkpoeder/liter voeren, likstenen en flink ruwvoer verstrekken (liefst net na de melkgift). De ruwvoerverstrekking heeft nog een bijkomend voordeel, namelijk een goede pensontwikkeling. Maar overleg dit altijd met uw voorlichter.

Spenen: Door spenen kunnen kalveren voldoen aan de natuurlijke zuigbehoefte. Niet alleen voldoende voeding geeft een vol gevoel, maar door het zuigen stijgt het gehalte van cholecystokinine (een hormoon wat een gevoel van ‘vol’ geeft) en insuline waardoor het kalf een verzadigd gevoel heeft. Verder zorgt een speen ervoor dat de tijd die nodig is om de melk op te drinken langer wordt, waardoor de behoefte om urine te drinken ook minder wordt. Op stalniveau is het praktisch niet mogelijk alle kalveren een speen te geven.

Afleiding: Geef afleiding in de hokken, als ze los staan. Dit kan bijvoorbeeld door spenen op te hangen in de hokken. Hierdoor kunnen kalveren zuigen wat ze willen. Een nadeel is dat als de kalveren ouder worden ze ook op de spenen gaan bijten, waardoor ze hard slijten.

Aanmelden voor de nieuwsbrief?