F2447789-3359-49C8-BA40-E2C2EB8B5592

Vaccineren leidt eenvoudig tot betere resultaten…

Vaccinatie vooral in het kader van luchtwegaandoeningen:

Gesteld kan worden dat luchtwegproblemen thans de boventoon voeren bij het bewaken van de gezondheid van onze kalveren. Naast productieverlies zoals groei en uitval leiden deze aandoeningen ongetwijfeld ook tot het aantasten van de arbeidsvreugde, om van antibiotica inzet maar te zwijgen.

Luchtwegaandoeningen voorkomen is dan ook een voor de hand liggende werkwijze. Aandacht voor klimaat en voer staan boven aan de ranglijst, vaccineren blijft daar wat onder “bungelen”.  Deels vanwege de ervaringen uit het verleden, die uiteraard geen garanties voor de toekomst bieden, deels ook vanwege de extra inzet en bijbehorende kosten.

Afweer verhogen

Crux bij vaccineren is om “de afweer” van het kalf te verhogen zodanig dat bij een aanval van ziektemakers het dier deze zelf adequaat en op tijd kan bestrijden en onze inzet tot een minimum beperkt kan blijven.

Helaas zit afweer niet in een spuitje! Afweer is een complex mechanisme van algemene én specifiek processen in het lichaam.  Een vaccinatie kan hoogstens de specifieke afweer van het dier op een hoger plan trekken, faalt de algemene afweer dan zal het effect van deze vaccinatie tegenvallen. Zorg voor de beste algemene afweer dient derhalve eerst gewaarborgd te worden. Daar heeft u invloed op!

Algemene tov specifieke afweer

Afweer (algemeen én specifiek) krijgen de kalveren mee van moeders: onder andere biest is hier heel belangrijk voor. Daarnaast gaat het kalf, door blootstelling aan zijn omgeving, zelf ook specifieke afweer maken. Jammerlijk genoeg vullen deze processen elkaar niet aan. De afweer via biest verkregen loopt terug naar nul in de eerste 10 a 12 levensweken, terwijl de zelf gemaakte afweer pas op peil is na een week of 10. Dit betekent dat vanaf aankomst er een “gat” bestaat in de specifieke afweer, net in de periode dat we (toevallig?) het meest te maken hebben met luchtwegproblemen. Zaak dus om in deze periode te zorgen voor maximale algemene afweer!

Hoe de afweer verhogen?

Hoe doen we dit? Denk hierbij aan voer (conditie!), lucht, water (leidingen!), licht, ruimte en Rust-Reinheid-Regelmaat. Daarnaast zaken rondom het kalf: Stress, Hygiëne (weet u zeker dat erfbetreders geen kiemen binnenbrengen?) en infectiedruk (verschillende leeftijden!). Daarnaast kan vaccineren de afweer van het dier ondersteunen door tegen specifieke kiemen zelf afweer op te bouwen.

Hoe werkt vaccineren precies?

Bij vaccineren dienen we immers geen kant en klare afweer toe! Wat we wel doen is dat we middels een enting de specifieke kenmerken van de te bestrijden virussen, bacteriën of parasieten toedienen, dus die zaken die door het afweersysteem herkend worden als lichaamsvreemd, zonder dat deze deeltjes schade aan kunnen richten. Het afweer apparaat gaat hiertegen antistoffen maken zodat bij blootstelling van het kalf aan het betreffende virus, bacterie of parasiet de inmiddels eigen afweer de ziekmaker herkent en direct aan de bestrijding kan gaan beginnen. Eigenlijk bootsen we een “normale” infectie na, zonder de ziekmakende eigenschappen.

Waarom faalt een vaccinatie soms?

Hoe kan het dan toch mis gaan? Een willekeurige opsomming:

  • Management is niet optimaal (Vaccinatie kan nooit een falend management opheffen)
  • Conditie van de dieren niet optimaal
  • Verkeerd vaccin (verkeerde kiem of kiem-type, werkt überhaupt niet, bv Mycoplasma)
  • Verkeerde moment gevaccineerd (invloed biest, stress, te laat of te vroeg tov gevarenmoment)
  • Verkeerd toegepast (bv in spier ipv onder de huid, verkeerde dosis, niet herhaald)
  • Gevaccineerde dieren gemengd met niet-gevaccineerde dieren
  • Te veel tijd tussen aanmaak en toepassing (levende vaccins!)
  • Verkeerde bewaarcondities vaccin

 

Vaccinatie is maatwerk!

Hieruit volgt dat vaccineren maatwerk is! We zullen moeten weten of- en welke agressoren een rol spelen en zo ja: wanneer, waar zit het gevaren moment of de gevarenmomenten? Nader onderzoek is hierbij essentieel!  Niet alleen klinisch, op stal maar ook bijvoorbeeld bloedonderzoek. Als een krijgsheer dienen we de vijand in kaart zien te brengen om deze op het juiste moment met de juiste middelen te kunnen verslaan.

Conclusie.

Samenvattend: vaccinatie KAN leiden tot betere resultaten maar vraagt inzet, onderzoek en opvolging, een correcte omgang met entstoffen en een secure toediening. Daarnaast de nodige dosis geduld: met name virussen laten zich niet gemakkelijk wegjagen, het kleinste gaatje in de afweer van een koppel weten ze prima te benutten. Management vormt in deze de spil van het succes! Eenvoudig is dit niet maar juist ingezet kan het zeker uw resultaten verbeteren.

 

 

 

Aanmelden voor de nieuwsbrief?