Vliegen
Vliegen behoren net als de vlinders tot de gevleugelde insecten. Vliegen kunnen echter op stal leiden tot een verhoogde ziektedruk en veroorzaken vaak veel ongemak. Dit ongemak wordt niet alleen veroorzaakt bij de aanwezige kalveren, maar ook bij de mensen die in de stal moeten werken.
We onderscheiden voornamelijk 2 soorten vliegen op stal, namelijk de huisvlieg (Musca Domesticus) en de stalvlieg (Stomaxys Calcitrans). De stalvlieg is de bijtende vlieg en de huisvlieg is de zuigende vlieg. Een vlieg ontwikkelt zich van ei via 3 larvale stadia (maden) tot pop en uiteindelijk tot volwassen vlieg. Deze cyclus neemt 1-3 weken in beslag en levert 10-30 generaties/jaar op. Het vliegenseizoen is erg afhankelijk van het klimaat. In de meeste stallen is over het algemeen het gehele jaar de temperatuur boven de 15 graden Celsius, waardoor vliegen het gehele jaar voor overlast kunnen zorgen. Je kunt ervan uitgaan dat vanaf 16 graden iedere graad verhoging een toename van 33% broedende vliegen veroorzaakt. Dit geldt tot een temperatuur van 35 graden Celsius. Dus boven de 16 graden neemt het aantal vliegen binnen 1-3 weken zeer sterk toe. 2 vliegen kunnen uiteindelijk gezamenlijk in een seizoen zorgen voor miljarden vliegen in uw stal!!
De wijze van voeden verschilt tussen beide vliegen.
De huisvlieg spuugt en poept op het oppervlak en zorgt er op deze manier voor dat de stoffen op het oppervlak worden opgelost en deze kunnen dan worden opgegeten.
De stalvlieg voedt zich middels bloed van dieren/mensen en zit vaak op de dieren. Hij voedt zich per dag een aantal keren met enkele druppels bloed.
Als we vliegen zien, is dit slechts 20% van de totale populatie. De andere 80% bevindt zich nog in de stadia pop, larve of ei en is nog niet zichtbaar.
De schade veroorzaakt door vliegen.
De schade bestaat met name uit groeiderving. In de melkveehouderij leverden kalveren tot 6 kilo groei in tot speenleeftijd. Daarnaast kunnen vliegen ziekmakende bacteriën, virussen, protozoa en parasieten met zich meedragen. Ze kunnen deze ziekmakende kiemen verspreiden middels direct contact, braaksel, ontlasting en bloed. Hierdoor kan de schade vele malen groter worden. Onder andere Salmonella spp., BHV (IBR), E. coli en multiresistente bacteriën kunnen op deze wijze worden verspreid tussen de kalveren.
Bestrijding
Het is dan ook van belang om tijdig in te grijpen. Dit houdt in zodra de temperatuur begint te stijgen. Bepaal welke vliegen de overlast geven: is het de stalvlieg of de huisvlieg? Vooral natte plekken, mest en (restanten van) voer zijn favoriete plekken om eieren te leggen. Een goede hygiëne in en om de stal is dan ook van groot belang bij de bestrijding van vliegen. Dit is een vereiste alvorens gebruik te maken en een goed effect te hebben van bestrijdingsmiddelen.
Verder zijn er methoden om te bepalen wanneer de vliegenbestrijding geïntensiveerd moet worden. Een voorbeeld hiervan is de “spot“ kaart.
Bij behandeling met bestrijdingsmiddelen: Gebruik ze op de juiste wijze, op het juiste moment en voor de juiste vlieg.
Gebruik middelen die zowel maden als volwassen vliegen bestrijden, de zogenaamde larvale en adulticide middelen, en wissel geregeld met werkzame stoffen. Gebruik de larvale middelen het gehele seizoen door en adulticide indien de vliegenpopulatie toeneemt.
Bron: Dairy No Fly Zone, Elanco©